De kraamtijd

De kraamtijd begint direct na je bevalling.

Het is een periode van acht dagen waarin jij en je kindje kunnen herstellen van de bevalling. Op deze pagina lees je de belangrijkste informatie over de kraamtijd.

Onze zorg stopt niet na de bevalling.

De eerste periode na de bevalling zijn wij verantwoordelijk voor de gezondheid van jou en jouw baby. Deze periode komen wij regelmatig bij jullie thuis voor controles en ook voeren we de hielprik uit.

Eerste uren na de bevalling, bloedverlies en naweeën

De eerste uren na je bevalling

Het is belangrijk om binnen zes uur na je bevalling te plassen. Want als je blaas leeg is, heeft je baarmoeder de ruimte om weer samen te trekken. Dat beperkt je bloedverlies. Als het niet lukt om binnen zes uur na je bevalling te plassen, neem dan contact met ons op. Ga kort na je bevalling niet alleen naar het toilet, het kan namelijk zijn dat je niet lekker wordt.

De eerste dagen kan het plassen een beetje branderig aanvoelen. Dat gevoel kun je verminderen door tijdens het plassen te spoelen met water (bijvoorbeeld met een bidon of door onder de douche te plassen).

Bloedverlies

De eerste dagen na de bevalling heb je last van bloedverlies. Dit is meestal net zoveel of iets meer als tijdens een menstruatie. Bloedverlies mag na de bevalling tot zes weken aanhouden. Het is normaal om in de eerste dagen na de bevalling stolsels te verliezen, deze kunnen net zo groot zijn als je vuist. Verlies je twee of meer van deze grote stolsels of is je maandverband binnen een half uur het kraamverband doordrenkt met bloed, neem dan contact met de dienstdoende verloskundige van ons centrum. Bel direct op het spoednummer: 06 51171787.

Naweeën

Na de bevalling kun je last hebben van naweeën, naweeën zijn samentrekkingen van je baarmoeder om het bloedverlies tegen te gaan en om weer in zijn oude vorm te komen (de vorm van voor de zwangerschap). Naweeën zijn met name de eerste dag(en) te voelen en kun je zeker ook voelen tijdens het geven van borstvoeding. Na een aantal dagen verdwijnen ze vanzelf. Je mag eventueel paracetamol gebruiken tegen de pijn, wij adviseren je om elke zes uur twee tabletten paracetamol van 500 milligram in te nemen.

Lichaamstemperatuur van de baby

Een normale lichaamstemperatuur voor een baby ligt tussen de 36,5 en 37,5 graden.
Je kindje kan de eerste dagen moeite hebben om zijn of haar eigen temperatuur te regelen.

Bij een te lage temperatuur is het goed om bijvoorbeeld een extra dekentje te gebruiken of om een warme kruik bij je kindje te leggen. Ook huid-op-huid contact werk vaak goed: leg de baby met alleen een luier bloot op je borst, of die van je partner, en dek jezelf en de baby toe met een dekentje.

Als de temperatuur van je kindje te hoog is, moet je het omgekeerde doen: haal de kruik weg en ook het dekentje als hij nog steeds te warm is. Doe ook even geen huid-op-huid contact.

De eerste dagen is het dus extra belangrijk om de temperatuur van je kindje goed in de gaten te houden. Wordt de temperatuur niet normaal nadat je deze tips hebt gebruik? Neem dan contact op met ons spoednummer: 06 51171787.

Voeding

De keuze voor borstvoeding of kunstvoeding is persoonlijk.

Borstvoeding heeft echter wel bewezen voordelen voor moeder en kind in vergelijking met kunstvoeding. Soms lukt het niet om borstvoeding te geven of wil je dit als moeder niet, dan is kunstvoeding een prima alternatief.

Hoe vaak geef je voeding?

Bij borstvoeding mag je kindje zo vaak aanleggen als het zich meldt. Dat doet een baby door te zoeken met het mondje naar je borst of door smakgeluidjes te maken.

Als je kunstvoeding geeft, mag je in de eerste dagen om de drie uur kunstvoeding aanbieden. De hoeveelheid is in overleg met ons en de kraamzorg.

Veel kindjes zijn misselijk na de bevalling. Daardoor kan het zijn dat ze in de eerste 24 tot 48 uur niet goed willen drinken.

Praktische tips voor het geven van borstvoeding

  • Leg je baby binnen één uur na de geboorte aan de borst.
  • Probeer je baby de eerste dagen elke twee tot drie uur aan te leggen. Door in het begin vaak aan te leggen, komt de borstvoeding sneller op gang.
  • Rooming-in: Neem je baby in de eerste weken bij je op de kamer.
  • Geef je baby naast de borstvoeding geen kunstvoeding, zonder te overleggen met de kraamzorg of ons.
  • Leg de baby opnieuw aan als pijn bij borstvoeding na een minuut niet verdwijnt.
  • Bied de eerste dagen bij elke voeding beide borsten aan.
  • Verbreek eerst het vacuüm voordat je jouw baby van je borst haalt.

Voor meer informatie over het geven van borstvoeding nodigen we je graag uit op onze voorlichtingsavonden over borstvoeding.

Kraamzorg

Iedere vrouw die bevalt, heeft recht op kraamzorg.

Het aantal uren kraamzorg is bepaald volgens het landelijk indicatieprotocol kraamzorg. Standaard word je 49 uur kraamzorg aangeboden als je borstvoeding wil geven en 45 uur als je van plan bent om kunstvoeding te geven.

We raden je aan om in ieder geval de minimale zorg van drie uur per dag aan te vragen. Als blijkt dat het aantal uren kraamzorg onvoldoende is voor je, kunnen wij extra uren indiceren.

Houd rekening met een eigen bijdrage voor de kraamzorg. Hoeveel dat is, vind je in de polis van je zorgverzekering.